Toelichting heupdysplasie
Bij een dysplastische heupontwikkeling is de heupkom te vlak waardoor de heupkop niet goed beweegt in de kom. Als de dysplasie niet verholpen wordt, kan dit later voor artrose en pijnklachten zorgen. Iedere baby wordt getest op heupdysplasie bij het consultatiebureau door een JGZ arts.
Er zijn risicofactoren die de kans op een heupdysplasie bij baby’s vergroten:
- Stuitligging tijdens de zwangerschap;
- Eerstgeborenen;
- Erfelijkheidsfactoren.
Wat u zelf kunt merken bij uw baby is dat de verschoning bijvoorbeeld lastiger gaat doordat een been minder goed spreidt. Als er verdenkingen zijn op een heupdysplasie wordt u doorgestuurd naar het ziekenhuis. Als middels een echo of röntgenfoto een heupdysplasie wordt vastgesteld, zal de arts het behandelplan opstellen. Mogelijk moet uw kind voor een bepaalde periode een spreidbroek dragen. Uw kind zal zich daardoor tijdelijk minder goed en vrij kunnen bewegen.
Wat kan de kinderfysiotherapeut doen?
Wij als kinderfysiotherapeuten zijn er niet om een heupdysplasie bij een baby te behandelen, dit is het werk van een arts. Waar wij u wel mee kunnen helpen:
- Advies geven hoe u een baby met een spreidbroek kunt positioneren en dragen;
- Vaststellen of het kind door het dragen van de spreidbroek een motorische ontwikkelingsachterstand heeft opgelopen;
- Adviezen geven om de motorische ontwikkeling te stimuleren indien er een achterstand is.
Heeft uw kind een spreidbroek gedragen of heupdysplasie gehad? Twijfelt u of de motorische ontwikkeling van uw kind normaal verloopt? Neem contact met ons op en wij beantwoorden uw vragen graag.
Dit is de home template