Tenenlopen komt relatief vaak voor bij kinderen die net zijn gaan lopen. Vaak verdwijnt dit vanzelf na enkele maanden. Als uw kind 6 maanden na start van het lopen >50% op de tenen loopt, is het raadzaam een kinderfysiotherapeut te raadplegen om verder onderzoek te doen en adviezen te krijgen. Het komt ook voor dat oudere kinderen op de tenen lopen. Soms is dit niet eerder opgevallen of is het er langzaam ingeslopen.
Er zijn twee vormen van tenenlopen. De eerste, symptomatische tenenlopen, heeft een bekende oorzaak. Bij de tweede, idiopatisch tenenlopen, is de oorzaak minder duidelijk maar wordt de diagnose gesteld op basis van uitsluitsel. Het grote verschil tussen deze vormen is dat symptomatisch tenenlopen vaak eenzijdig is en idiopatisch tenenlopen vaak tweezijdig.
Bij symptomatisch tenenlopen ligt de oorzaak in botten, spieren, pezen, gewrichten of zenuwen. Aanvullend onderzoek zal vaak nodig zijn door een kinderorthopeed, kinderneuroloog of een kinderarts. Mogelijke oorzaken zijn:
- Neurologische aandoeningen zoals cerebrale parese;
- Spierziekten of spierdystrofieën;
- Autisme spectrum stoornissen;
- Pijn en/of letsels.
Idiopatisch tenenlopen ontstaat niet door specifieke bovenstaande oorzaken. Deze moeten daarom uitgesloten worden door vragen te stellen en een lichamelijk onderzoek te doen.
Idiopatisch tenenlopen kan ontstaan door verschillende factoren zoals:
- Omgevingsfactoren zoals: een loopstoeltje, stress, hoge eisen
- Gedrag: woede, enthousiasme
- Sensorische problematiek: niet op blote voeten willen lopen bijvoorbeeld
- Lage basisspanning/-kracht: om kracht en stabiliteit te krijgen gaan zij op de tenen staan.
De kinderfysiotherapeut is in staat om beide vormen te onderscheiden en een gegronde afweging te maken over de verdere te nemen stappen.
Neem contact met ons op voor een afspraak.
Dit is de home template